Twee uitingen van hoogevoeligheid
De karaktereigenschap Hooggevoeligheid heeft twee verschillende manieren van uiten. Het is goed om het onderscheid tussen deze twee uitingen te weten. De eerste is hoogsensitief (stil-gevoelig), zoals psycholoog Elaine N. Aron schets in haar interessante boeken over hooggevoeligheid. De tweede vorm is hoogstimulatief (druk-gevoelig). Gerarda van der Veen heeft hier een gaaf boek over geschreven genaamd ‘het hoogstimulatieve kind’ (2017).
Wat zijn de overeenkomsten tussen hoogsensitief en hoogstimulatief?
Ze beschikken beide over de hoogsensitieve karaktereigenschap. Hoogsensitiviteit is immers de verzamelnaam. Beide uitingen zijn slim en creatief, maar ook perfectionistisch. Hoogsensitieve kinderen merken veel op en hebben hier gedachten over. Deze gedachten kunnen hun een onveilig en onzeker gevoel geven. Daarom willen ze dingen precies begrijpen. Dit doen zij door veel ‘waarom’ vragen te stellen. Ze hebben bovengemiddeld veel behoefte kennis en informatie. Ze willen graag weten hoe de wereld in elkaar zit omdat dit zekerheid en duidelijkheid geeft. Daarnaast kunnen beide type niet zo goed tegen een luidruchtige omgeving, want hierdoor kunnen ze overprikkeld raken.
Je begrijpt door bovenstaande dat hooggevoelige kinderen de dag intensief beleven. Na een opwindende dag zijn ze daarom ook moeilijk in slaap te krijgen. Er is immers nog een hoop te verwerken.
En wat zijn de verschillen tussen hoogsensitief en hoogstimulatief?
Beide typen kinderen zijn gevoelig, dat staat vast, maar een ieder op zijn eigen manier. Zo is de gevoeligheid van hoogsensitieve kinderen verfijnd, omdat zij het verschil weten tussen wat zij voelen en waarnemen. Zij zijn hierdoor makkelijk bespreekbaar op hun gedrag. De hoogstimulatieve kinderen zijn een stuk emotioneler. Zij hebben geregeld plotseling opkomende intense emoties. Deze emoties schieten ‘alle kanten uit’. Deze kinderen zijn zich minder bewust in wat zij voelen, omdat ze dit confronterend vinden. Hierdoor zijn ze moeilijker aanspreekbaar op hun gedrag en houden zij niet van begrenzen.
Na bijvoorbeeld een zwemles of drukke schooldag zijn hoogsensitieve kinderen vaak erg moe. Er is dan te veel lawaai en zijn er te veel indrukken geweest. Zij moeten die prikkels verwerken en hebben een rustmoment nodig. Bij hoogstimulatieve kinderen werkt het precies andersom en treedt de vermoeidheid juist op bij te weinig prikkels. Ze verliezen concentratie, worden afwezig en vinden alles saai. Ook zij kunnen overprikkeld raken, maar worden dan clownesk, extreem druk of boos.
Een ander verschil is dat hoogsensitieve kinderen vrij behoedzaam zijn. Zij onderzoeken bijvoorbeeld eerst een klimrek, voordat zij erop klimmen. Ze kijken bijvoorbeeld of het wel veilig is. Hoogstimulatieve kinderen zijn een stuk bewegelijker en intenser. Zij zullen het klimrek wel gelijk beklimmen, op zoek naar een intens gevoel wat het klimmen kan geven en niet verveeld te raken. Daarnaast zijn hoogstimulatieve kinderen sowieso een stuk bewegelijker. Ze zijn veranderlijker en willen snel weer verder, waarin hoogsensitieve kinderen grondiger en nauwgezet zijn.
Nog even op een rij;
Gerarda van der Veel heeft de overeenkomsten en verschillen in een handig overzicht gezet;
Hooggevoelige kinderen zijn (de overeenkomsten):
- stellen diepzinnige vragen
- lijken zeer intuïtief
- zijn moeilijk in slaap te krijgen na een moeilijke dag
- perfectionistisch
- verdragen een luidruchtige omgeving slecht
- beleven de dingen intensief
- slim en creatief
- leert meer van een vriendelijke terecht wijzing dan van strenge straf
En nu de verschillen;
Hoogsensitieve kinderen zijn:
- behoedzaam
- verantwoordelijk
- plichtbewust
- invoelend
- rustig
Hoogstimulatieve kinderen zijn:
- bewegelijk
- intens
- intuïtief
- onderzoekend
- aandacht vragend
- soms tegendraads en agressief
Herken jij jouw kind in bovenstaand verhaal en weet je niet zo goed hoe met deze karaktereigenschap om te gaan? Neem dan contact op hoor! Je hoeft het niet allemaal alleen te doen.