Wat is faalangst?

Vandaag start de LEF! Faalangstraining voor groep 4,5 en 6 via de Brede school in Gouda. Er hebben zich maar liefst 22 kinderen aangemeld! Dit betekent dat ik 19 november nog een groep mag draaien. Dit doe ik natuurlijk met veel plezier! Maar toch baart het mij ook zorgen dat er zoveel kinderen kampen met faalangst(klachten).

Wat is Faalangst eigenlijk?

Wanneer de angst om te falen je belemmert in je dagelijks functioneren dan spreken we over negatieve faalangst. Faalangst kan voorkomen op de volgende gebieden;

  • Cognitief (leerprestaties)
  • Fysiek (lichamelijk presteren)
  • Sociaal (in contact met anderen)

Hoe kom je aan faalangst?

Gevoelig zijn voor faalangst kan erfelijk zijn. Met regelmaat heb ik kinderen in mijn praktijk en zegt één van de ouders de faalangst ook bij zichzelf te herkennen. Daarnaast spelen ervaringen een rol. Als kinderen een aantal keren achter elkaar negatieve ervaringen opdoen, kan faalangst zich ontwikkelen. Als je kind blaakt van het zelfvertrouwen, dan zal dit natuurlijk niet zo’n vaart lopen. Maar is je kind in de kern wat onzekerder, dan is het meer vatbaar voor negatieve ervaringen. Het kind doet zijn best niet meer op school en/of kan zich terug trekken uit sociale contacten. Ook kunnen fysieke klachten opspelen zoals moeilijk slapen, hoofdpijn, piekeren en buikpijn.

Wat kan een ouder doen tegen faalangst?

Gelukkig heb je als ouder wel degelijk de kans om je kind te begeleiden bij negatieve ervaringen, maar daar is wel zelfreflectie voor nodig. Wat zijn jouw verwachtingen van je kind? Hoe sta jij tegenover wat mindere schoolprestaties van je kind? Mag jouw kind fouten maken? Mag jij van jezelf fouten maken? Leg de nadruk op de inzet van je kind in plaats van de prestatie. Het klinkt gek, maar complimenten kunnen ook ervoor zorgen dat een kind zich onzeker(der) gaat voelen. Het volgende voorbeeld gaat over cognitieve faalangst. Wanneer je kind een 9 heeft gehaald voor zijn spreekbeurt, dan kan je op de volgende manieren reageren;

1. Wow……wat goed van je dat je een 9 hebt gehaald. Ik ben trost op je!
2. Wow, je hebt echt heel goed je best gedaan! Ik ben trots op je!

Bij optie één zoom je in op het cijfer (de prestatie). Het kind zal een volgende keer teleurgesteld zijn wanneer het maar een 7 haalt. Bij optie twee kan je je kind bij een 7 hetzelfde compliment geven, namelijk dat het goed zijn best heeft gedaan! Ook bij een onvoldoende zou je evengoed kunnen reageren met deze reactie, wanneer je weet dat je kind zijn uiterste best heeft gedaan. Zo haal je de lading van de cijfers (en dus het moeten presteren) af.

Je best doen is namelijk echt goed genoeg!

Wanneer je merkt dat jouw kind situaties gaat vermijden door de faalangst, bekijk dan samen de gedachten van je kind. Kloppen zijn overtuigingen? Welke gedachten zouden wel kunnen helpen? Door samen hierover te praten voelt het kind zich serieus genomen. Daag je kind uit om spannende situaties toch aan te gaan. En beloon wanneer het kind de situatie ook daadwerkelijk aangaat. Beloon ook dan niet de prestatie, maar de moed!

Om te stralen, moet je mogen falen!